TIAS TALKS: In gesprek met Filip Caeldries en Mirjam Minderman

Slechts 20% van de organisaties integreren duurzaamheid in hun bedrijfsstrategie. Dit blijkt uit de Nederlandse SDG Barometer 2022, waar wordt gekeken naar de stand van zaken betreffende de Sustainable Development Goals richting 2030. Werk aan de winkel, vinden Mirjam Minderman, beleidsadviseur bij TIAS op het gebied van duurzame ontwikkeling, en Filip Caeldries, hoogleraar Strategisch Management en Organisatie bij TIAS. Filip: ‘Als je nu nog niet mee bent, dan vrees ik dat je die trein als organisatie echt gaat missen.’ Maar hoe spring je op die trein? Wij gingen met ze in gesprek.

In 2022 bleek de overgrote meerderheid (91%) van de 316 deelnemende Nederlandse organisaties bekend te zijn met de SDG's. Slechts twee procent besteedt geen enkele aandacht aan duurzaamheid. Vergeleken met twee jaar geleden besteedt 76% van de organisaties meer aandacht aan duurzaamheid. Daarnaast stelt 64% van de deelnemende organisaties de komende twee jaar (veel) meer rekening te zullen gaan houden met de SDG's. Verrassend genoeg zegt 72% van de organisaties dat de corona pandemie niet heeft geleid tot minder aandacht voor de SDG's.

Dit is positief nieuws, toch?

‘Je ziet voorlopers en achterblijvers, vertelt Filip. ‘Je zou denken dat halverwege (in 2030 moet de SDG’s zijn behaald, red.) iedereen mee zou zijn, maar dat blijkt niet het geval. Dat vond ik een ontnuchterende vaststelling. Want als je ziet wat er op organisaties af gaat komen qua wet- en regelgeving, dan breekt het angstzweet mij toch wel een beetje uit. Als je nu nog niet mee bent, dan vrees ik dat je die trein als organisatie echt gaat missen.’ ‘Één op de tien organisaties gaf inderdaad aan niet bekend te zijn met de SDG’s, maar dat kun je ook naar het positieve draaien’, reageert Mirjam. ‘Voor mij was de positieve takeaway dat 90 procent dus wel bekend is met de SDG’s. Tegelijkertijd zie je wel dat de integratie van de SGD’s in de strategie achterblijft.’

Dus je ziet een hele hoge bekendheid, maar als het aankomt op de implementatie dan zie je dat een meer integrale aanpak en koppeling aan de strategie achterblijft en daarmee ook de mate van meting en monitoring. Hoe kan dit anders?

‘Om de SDG’s consistent aan te kunnen pakken en integraal aan de strategie te kunnen koppelen, is systeemdenken ontzettend belangrijk’ legt Mirjam uit. ‘En daarnaast uiteraard het zoeken van verbindingen en samenwerken, ook met de niet usual suspects door de keten en over grenzen van sectoren heen. Daarnaast vergt de transformatie die nodig is andere verdienmodellen. Dat betekent dat je als leider in staat bent kritisch te kijken naar bestaande verdienmodellen, alternatieven kunt ontwikkelen, de rol van duurzame innovatie daarin kunt zien en aanjagen. Dit zijn cruciale elementen om transformatieve impact te bereiken.’

Waarom zijn die SDG’s eigenlijk zo relevant voor bedrijven?

Mirjam: ‘De SDG’s zijn vooral helpend om de breedte van duurzaamheid in het oog te houden en tegelijkertijd de complexiteit daarvan. Vooral in mijn werk vormen ze een kader waarvan ik merk dat het een heldere taal biedt om met mensen uit verschillende sectoren over duurzaamheid te praten. Juist als je de SDG’s erbij pakt in gesprekken met mensen die in eerste instantie zeggen dat ze er niet zoveel mee hebben of dat duurzaamheid niet zo belangrijk is in hun organisatie, dan zijn er altijd thema’s die weldegelijk spelen en die vaak ook al geadresseerd worden zonder dat mensen dit als duurzaamheid benoemen.’ Filip vult aan: ‘Ik zie dagelijks hoe organisaties worstelen met het thema duurzaamheid. ‘Hoe ga je met duurzaamheid om? Hoe veranker je dat in het beleid van je organisatie? Wat betekent dat in de dagelijkse praktijk en voor de concurrentiepositie van je onderneming? Dat zijn bij mij vragen die heel centraal staan. Iedereen is anno nu eigenlijk wel bekend met de SDG’s. Dat zorgt voor, zoals Mirjam zei, een verbindende taal om met ondernemingen, overheden en NGO’s te praten over duurzaamheid. Het maakt de communicatie en onderlinge afstemming tussen de diverse spelers veel gemakkelijker. Het is kortom een goed hulpmiddel bij de implementatie van duurzaamheid in de praktijk.’

Nederlandse organisaties hebben niet zoveel op met SDG’s als Life under Water, Peace, Justice & Strong Institutions en Zero Hunger, blijkt op het eerste gezicht uit de SDG Barometer. De meeste aandacht gaat uit naar Good Health and Well-Being, Decent Work and Economic Growth, Industry, Innovation and Infrastructure, Climate Action, and Affordable and Clean Energy, kortom de “dicht bij huis” SDG’s. Hoe komt dat?

Filip: ‘Voor een aantal SDG’s is er moeilijker een link te leggen met de operations en de impact die je daarmee kunt maken. Bovendien is de impact op de “dicht hij huis” SDG’s veel gemakkelijker te meten. Bijvoorbeeld ten aanzien van de SDG Climate Action meet je simpelweg de CO2-reductie. De causaliteit tussen wat je doet en sommige SDG’s is soms moeilijk te vangen.’ Filip refereert hier aan de verschillende categorieën waarbinnen de impact van bedrijfsactiviteiten gemeten wordt. Dit zijn scope 1 waarbij de focus ligt op de directe bedrijfsactiviteiten, scope 2 waarbij de focus ligt op de energie die nodig is om de bedrijfsactiviteiten uit te voeren, en scope 3 waarbij het gaat over alles wat een organisatie aan input en output heeft. ‘Uiteindelijk ligt de klemtoon van alles wat met duurzaamheid te maken heeft op dit moment, laten we eerlijk zijn, op scope 1 en 2’, constateert Filip. ‘Elke organisatie waarmee ik praat worstelt momenteel met het meten van scope 3. Dat vertaalt zich automatisch in een focus op bepaalde SDG’s. Hoe consumenten met je producten omgaan zodra ze de deuren van jouw fabriek hebben verlaten, zit in scope 3. De volledige ketenaanpak, waaronder ook bijvoorbeeld de impact van de productie van lithiumbatterijen op water en arbeidsomstandigheden, zit in scope 3.’

Bedrijven kijken toch logischerwijze voornamelijk naar hun core business. Wat heeft het meest direct impact op onze bedrijfsvoering en waar kunnen we het meest directe impact op hebben?

‘Uiteindelijk zijn de SDG’s onderling verbonden. Ze hangen samen’, geeft Mirjam aan. ‘Dit betekent dat uiteindelijk ook de ver- van-mijn-bed-SDG’s, zoals Peace, Life under Water en Zero Hunger, gehaald moeten worden om duurzaam te kunnen produceren en consumeren in de toekomst.’ Toch kan een organisatie met haar focus op één populaire meetbare SDG indirect positieve resultaten boeken op andere SDG’s. Filip: ‘In de 2022 SDG Barometer zien we dat de SDG Climate Action top of mind is. Dit kan bijvoorbeeld leiden tot minder overstromingen waardoor landbouwgewassen niet worden vernietigd. Dat heeft dan weer effect op de SDG Zero Hunger wat de stabiliteit in een land kan verbeteren met als neveneffect minder onrust, wat vervolgens weer een positieve impact heeft op de SDG Peace.’ Mirjam noemt als voorbeeld het terugdringen van het gebruik van (single-use) plastic. ’Dit zal vaak geschaard worden onder de SDG Responsible Consumption and Production, ook een populaire SDG bij organisaties, maar tegelijkertijd heeft reductie van plastic natuurlijk ook heel veel impact op Life under Water.’

Kan een bedrijf door de focus op één SDG te leggen een negatieve impact hebben op andere SDG’s?

‘Ja, dat kan’, waarschuwt Mirjam. ‘In de energietransitie wordt nu bijvoorbeeld sterk ingezet op elektrisch en zonne-energie, maar het fabriceren van de producten die dat ondersteunen, is grondstofintensief en belastend voor het milieu. Daarnaast is bij het winnen van de grondstoffen voor lithiumbatterijen nog wel eens kinderarbeid in het spel. Dus je hebt altijd met een afweging te maken. Daar moet je heel alert op zijn. Je kunt met de beste intenties bijdragen aan één SDG en zonder dat je het weet een negatieve impact hebben op een andere SDG.’

Maar hoe weet een bedrijf dit?

‘We zijn in 2015 begonnen met de SDG’s. Nu zeven jaar later beginnen we over data te beschikken die de directe en indirecte effecten in kaart brengen. Wanneer je data hebt stijgt de mate van bewustzijn en kan je de samenhang tussen de SDG’s beter gaan managen. Om het SDG-beleid richting 2030 een niveau hoger te tillen heb je data nodig. Meten is weten’, aldus Filip. Hij maakt daarbij wel een kanttekening: ‘Aan de ene kant kunnen meer data het behalen van de SDG’s versnellen, aan de andere kant kan het verzamelen van data wanneer het een “compliance oefening” wordt, ook remmend en belemmerend werken.’ Ondanks de positieve houding ten opzichte van regelgeving van de overheid bij het gros van de deelnemende organisaties aan de Nederlandse SDG Barometer, ziet Filip dat de regelgeving zodanig scherp en alomvattend wordt dat veel van de executives waar hij dagelijks mee praat met de handen in het haar zitten. ‘We moeten oppassen dat “meten is weten” geen zodanig verstikkend effect gaat hebben dat we meer bezig zijn met de meetsystemen dan met de essentie van de zaak. Daarover hoor ik nu al meerdere managers aan de alarmbel trekken. En laten we ook het kostenplaatje niet vergeten. Dit gaat heel wat vergen van de administratieve systemen in een onderneming.’

Dus, hoe nu verder?

‘Naast het belang van data worden er in de rapportage van de SDG Barometer 2022 drie belangrijke aanbevelingen gedaan om de versnelling in het behalen van de SDG’s te realiseren, namelijk het delen van best practices met elkaar, bewust zijn van zowel de positieve als negatieve impact op SDG’s en het integraal aanpakken van de SDG’s zodat op alle SDG’s progressie wordt geboekt. Hierbij zijn consistentie en ambitie heel erg belangrijk’, geeft Mirjam aan. ‘Met consistentie bedoel ik: hou goed in de gaten wat het effect is van een actie voor een bepaalde SDG op de andere SDG’s. En wat betreft ambitie: als je kijkt naar wat organisaties op dit moment bijdragen aan de SDG’s, dan gaan we er niet komen. Niet in 2030, niet in 2050. Daar is echt die versnelling en in een heleboel sectoren ook een regelrechte transformatie voor nodig. Dus de lat om bij te dragen aan de SDG’s mag bij overheden en organisaties hoger liggen dan nu het geval is.’

‘Hoe je het ook wendt of keert,’ vult Filip aan, ‘het implementeren van duurzaamheid vraagt om een ecosystemische verandering. De remmende factor die ik op dit moment zie is dat iedereen in het streven de SDG-agenda te implementeren, over elkaar heen struikelt. Onderlinge consistentie, daarmee bedoel ik onderlinge afstemming van het beleid tussen de diverse spelers in dit speelveld, gaat enorm bijdragen aan de versnelling die nodig is. Zodanig dat contradicties in de beleidskeuzes die ondernemingen moeten maken, niet meer mogelijk zijn. Dan spreek ik nog niet eens over de supranationale dimensie van dit probleem. De duurzaamheidsdoelstellingen gaan niet alleen over Nederland. Het zijn supranationale vraagtukken die je niet nationaal moet willen en kan oplossen. Dat vraagt om Europese en mondiale afstemming. Ondernemingen die internationaal opereren worden nog steeds geconfronteerd met een kakofonie van instituties en regels die niet op elkaar zijn afgestemd. Consistentie door het onderling afstemmen van beleid tussen de diverse spelers in dit ecosystemisch veranderproces, is absoluut noodzakelijk.’

Wat zou je als laatste opmerking nog willen meegeven aan ondernemers die dit artikel lezen?

‘De ecosystemische verandering die Filip net noemde is de crux waar TIAS als School for Business and Society voor staat’, aldus Mirjam. ‘We hebben als purpose “We develop leaders to serve society by transforming business”. Dit maken we waar door in onze programma’s Business and Society integraal aan de orde te laten komen. Dat betekent dat we bedrijf- en maatschappij gerelateerde content verwerken in bestaande vakken in plaats van dat we extra vakken toevoegen.’ Filip: Wat wij in onze programma’s proberen te doen is een zekere mate van zelfvertrouwen bij onze deelnemers over te brengen: “Yes, you can! Misschien komt niet het volledige plaatje in beweging maar je kan wel degelijk impact hebben.” Één persoon tegelijk, één organisatie tegelijk. Het feit dat je een concreet handvat kunt aanreiken dat maandagochtend 9 uur direct ingezet kan worden, doet iets met het zelfvertrouwen van onze deelnemers. Dat zie je systematisch in de evaluaties terugkomen. Voor ons docenten is dat een enorme steun. Dan hebben wij ook weer onze eigen kleine bijdrage geleverd.’

TIAS is een onterecht onbekende parel in onze stad. Zeker als je weet dat ze jaarlijks zo'n 3.400 deelnemers uit meer dan 40 landen opleidt. Ondernemerschap en innovatie zijn hierbij belangrijke thema’s. In de reeks TIAS Talks spreken we diverse personen binnen het instituut hierover.

Meer weten over TIAS? Kijk dan op de pagina https://www.makeitintilburg.com/nl/make-it/talent/tias

Meer weten over de SDG Barometer 2022 of deze downloaden? Dat kan hier.

Het complete interview met Mirjam en Filip is hier terug te lezen.

Meer TIAS TALKS